19/08/20

Een werknemer op zijn verzoek ontslaan? Nee!

Uw werknemer laat u weten dat hij zijn samenwerking met u niet wenst voort te zetten. Hij wil zijn ontslag niet geven maar vraagt u hem te ontslaan …

Hoe vreemd dit ook mag lijken, op een dag kunt u als werkgever te maken krijgen met een werknemer die u vraagt hem te ontslaan.

Achter een dergelijke vraag kunnen verschillende redenen schuilgaan. Er kan sprake zijn van een werknemer die bij een andere werkgever zou willen werken maar daartoe uitkeringsgerechtigde werkloze moet zijn. Als hij zijn ontslag geeft of als zijn arbeidsovereenkomst in onderling akkoord wordt beëindigd, vervult hij deze voorwaarde  niet. Het kan ook gaan om een werknemer die deeltijds wenst te werken. Als hij zijn ontslag geeft of als zijn arbeidsovereenkomst in onderling akkoord wordt beëindigd, wordt hij beschouwd als vrijwillige werkloze, waardoor hij geen aanspraak kan maken op werkloosheidsuitkeringen noch op het statuut van deeltijdse werknemer met behoud van rechten.

Is dit mogelijk?

Als u een werknemer ontslaat om hem een dienst te bewijzen, dan loopt u een groot risico, zowel ten aanzien van de werknemer, als ten aanzien van de RVA.

Welke risico’s loopt u?
 

Ten aanzien van de werknemer

Elke ontslagen werknemer heeft het recht door zijn werkgever te worden geïnformeerd over de concrete redenen die tot zijn ontslag hebben geleid.

Ingeval u met uw werknemer een ontslag in scène zet, is er geen garantie dat uw werknemer, eens hij ontslagen is, niet zal beslissen om de regels van het spel niet te volgen en  u te vragen hem de redenen van zijn ontslag mee te delen. Gezien de situatie riskeert u geen antwoord op deze vraag te kunnen geven …  
De strijdlustige of goed voorgelichte werknemer kan dan aanvoeren dat hij het slachtoffer was van een kennelijk onredelijk ontslag en een forfaitaire vergoeding eisen.

De bewijslast berust bij de werkgever. Met andere woorden: u moet dan bewijzen dat dit ontslag helemaal niet kennelijk onredelijk was, maar gesteund was op een reden die verband hield met de geschiktheid en het gedrag van de werknemer, of noodzakelijk was voor de goede werking van de onderneming.

Dat bewijs is in dit geval moeilijk te leveren juist omdat u helemaal niet de intentie had om hem te ontslaan en absoluut niet ontevreden was over de kwaliteit van zijn werk. Het is dan ook logisch dat zijn dossier geen negatieve evaluaties of schriftelijke verwittigingen bevat. U zal worden veroordeeld tot betaling van een vergoeding gelijk aan 3 tot 17 weken loon aan deze werknemer. Een gewaarschuwd werkgever is er twee waard!

Ten aanzien van de RVA

Als u de werknemer zijn C4-formulier bezorgt (dat recht geeft op werkloosheidsuitkeringen), bent u verplicht er de reden van het ontslag te vermelden. De reden vermeld op het C4-formulier is bepalend voor de tussenkomst van de werkloosheidsverzekering. Het moet dan ook de precieze en echte reden zijn. 

De RVA kan een onderzoek naar de ‘onvrijwillige’ aard van de werkloosheid van de werknemer instellen.  In dat opzicht kan de RVA u vragen de redenen vermeld op het C4-formulier toe te lichten. Als wordt vastgesteld dat het ontslag in feite in scène werd gezet en het afgeleverde C4-formulier een vals document is, zullen zowel u als uw werknemer worden gesanctioneerd.

U van uw kant kan worden veroordeeld tot betaling van een administratieve of strafrechtelijke geldboete wegens valsheid in geschrifte en wegens het helpen van een werknemer om de werkloosheidsreglementering te omzeilen. Uw werknemer van zijn kant zal definitief of tijdelijk geschorst worden van het recht op werkloosheidsuitkeringen.

ISLAMI Lindiana - Legal consultant

dotted_texture