17/09/13

De omgevingsvergunning

De nieuwe omgevingsvergunning komt er aan. Voor het einde van de huidige legislatuur wil de Vlaamse Regering nog de nodige teksten goedkeuren. De omgevingsvergunning zal het ‘vergunningenlandschap' in de toekomst grondig wijzingen. Men zal niet langer spreken van een milieuvergunning en stedenbouwkundige vergunning (of melding), maar van ‘de omgevingsvergunning'. In eerste instantie worden deze twee vergunningen geïntegreerd tot één vergunning.

Met de omgevingsvergunning worden zowel de stedenbouwkundige als de milieuvergunning (of -melding) geïntegreerd. Het doel van de Vlaamse Regering is hiermee de huidige procedures te vereenvoudigen en te komen tot een vergunningsprocedure waarbij de initiatiefnemer van een project zijn aanvraag zal kunnen indienen bij één instantie.

Daarna worden slechts één openbaar onderzoek en één adviesronde georganiseerd, met in sommige gevallen het advies van een omgevingsvergunningscommissie (hierna "OVC"). Dit betekent dat, in tegenstelling tot vroeger, de stedenbouwkundige en de milieutechnische aspecten van een welbepaald project gezamenlijk zullen moeten worden beoordeeld. In opvolging van ons lunchseminarie eerder dit jaar vatten we voor u de belangrijkste nieuwigheden samen.

De teksten die de omgevingsvergunning moeten introduceren werden vlak voor het zomerreces door de Vlaamse Regering in 2de lezing goedgekeurd.

Eén vergunningsverlenende overheid

Met de omgevingsvergunning komt de beslissingsbevoegdheid voortaan in handen van één vergunningsverlenende overheid. De aanvrager moet niet langer rekening houden met verschillende procedures en visies, en tegenstrijdige beslissingen worden vermeden.

In principe is het College van Burgemeester en Schepenen de centrale overheid die zal beslissen over het al dan niet toekennen van een vergunning. Projecten van een bepaalde omvang, complexiteit of bijzondere aard worden echter toebedeeld aan de provincie of de Vlaamse Regering, naargelang hun mogelijk bovenlokale dan wel regionale draagwijdte.

Twee procedures

Het Omgevingsvergunningsdecreet, dat bovendien enkel een proceduredecreet betreft, reduceert het aantal vergunningsprocedures tot twee.

De gewone procedure, die een openbaar onderzoek omvat, zal gevolgd worden voor de eerder omvangrijke projecten met een grote impact op de naaste omgeving, alsook voor projecten van zeer lange duur.

De vereenvoudigde procedure daarentegen, zonder openbaar onderzoek, zal o.a. worden toegepast op beperkte uitbreidingen van reeds vergunde projecten.

Geïntegreerde adviesverlening

Men wil een kwalitatieve vergunningverlening waarborgen met een geïntegreerde adviesverlening door provinciale en gewestelijke OVC's. Op die manier worden niet enkel milieu- en stedenbouwkundige aspecten, maar ook o.m. mobiliteits-, energie- en socio-economische factoren in het syntheseadvies betrokken.

Hierdoor wordt komaf gemaakt met de vroeger vaak voorkomende tegenstrijdige beslissingen van verschillende instanties. Bovendien wordt gestreefd naar realistische adviezen, waarbij een ruim inzagerecht wordt georganiseerd voor de aanvrager.

Vervaltermijnen

Om ondernemers de zekerheid te bieden dat hun aanvraag binnen de voorziene periode afgerond zal zijn, worden tal van ordetermijnen vervangen door vervaltermijnen.

Concreet betekent dit dat de overschrijding ervan in het vervolg gesanctioneerd zal worden. Wanneer een adviesverlenende instantie bijvoorbeeld nalaat tijdig advies uit te brengen, mag de aanvrager aannemen dat hij een gunstig advies heeft verkregen.

Overgangsperiode van één jaar

In het laatste ontwerp van het Omgevingsvergunningsdecreet wordt voorzien in een overgangsperiode van 1 jaar voor de inwerkingtreding van het regelgevend kader over de omgevingsvergunning.

Deze bepaling is ingevoerd na kritiek van de gemeenten en provincies. Zo tracht men nu voldoende tijd te geven aan de gemeenten en provincies om zich in te werken in de nieuwe regelgeving.

dotted_texture