Centraal Register van Huwelijksovereenkomsten (CRH)
Het Centraal Register van Huwelijksovereenkomsten werd opgericht als een centrale gegevensdatabank voor alle huwelijksovereenkomsten. Dit register vormt een aanvulling op het Centraal Register van Testamenten (CRT), de databank voor alle geregistreerde testamenten en andere beschikking die hun uitwerking hebben na overlijden.
In het Centraal Register van Huwelijksovereenkomsten worden verplicht reeds enkele zaken ingeschreven:
- huwelijkscontracten en wijzigingsakten gesloten tussen gehuwden;
- samenlevingsovereenkomsten gesloten tussen wettelijk samenwonenden;
- de vonnissen en arresten die een wijziging inhouden van bovenstaande overeenkomsten, voor zover in het beschikkend gedeelte wordt vastgesteld dat het vonnis of arrest onder de toepassing van de bepalingen valt die de registratie in het CRH voorschrijven.
Melding ontneming bestuursbevoegdheden in CRH
Intussen werd het KB van 25 september 2016 houdende het beheer van het CRT en CRH gewijzigd door het KB van 21 oktober 2018. Dit heeft tot gevolg dat vanaf 1 januari 2019 in het Centraal Register van Huwelijksovereenkomsten melding moet worden gemaakt van elk vonnis of arrest dat de bestuursbevoegdheden aan één van de echtgenoten ontneemt of teruggeeft.
De familierechtbank kan, op vraag van één van de echtgenoten, de andere echtgenoot zijn bestuursbevoegdheden ontnemen wanneer blijkt dat deze ongeschikt is om zijn eigen vermogen dan wel het gemeenschappelijk vermogen te beheren of wanneer deze de belangen van het gezin in gevaar brengt. De familierechtbank kan het bestuur opdragen aan de andere echtgenoot of een derde. Nadien is ook het omgekeerde mogelijk, namelijk de rechterlijke beslissing tot teruggave van bestuursbevoegdheden. Van deze rechterlijke beslissing moet vanaf 1 januari 2019 melding worden gemaakt in het CRH.
Deze inschrijvingsverplichting rust op de griffier en moet gebeuren binnen de vijftien dagen na de uitspraak. Niet de inhoud, maar wel de gegevens die toelaten om de rechterlijke beslissing terug te vinden worden vermeld in het CRH.
Melding verklaring anticipatieve inbreng in CRH
Daarnaast creëert de hervorming van het huwelijksvermogensrecht de mogelijkheid om een verklaring van anticipatieve inbreng af te leggen. Een ongehuwd koppel kan sedert 1 september 2018 in de akte van eigendomsverkrijging verklaren dat het (elk voor de helft verworven) onroerend goed deel zal uitmaken van de huwgemeenschap zodra zij huwen. Zolang het koppel niet huwt, blijft het gemeen recht van toepassing op deze onverdeeldheid. Zodra het koppel huwt (onder een gemeenschapsstelsel) zal het goed deel uitmaken van de huwgemeenschap en aan de specifieke regels van het huwelijksvermogensrecht worden onderworpen. Het koppel kan op het ogenblik dat zij huwen op deze anticipatieve inbreng terugkomen (via huwelijkscontract) wanneer zij niet langer wensen dat het onroerend goed deel zal uitmaken van de huwgemeenschap.
Wanneer een verklaring van anticipatieve inbreng wordt opgenomen in de akte van eigendomsverkrijging van het onroerend goed, zal deze ook geregistreerd moeten worden in het Centraal Register van Huwelijksovereenkomsten.
De wijze waarop deze inschrijving moet gebeuren, moet nog worden geregeld door een uitvoeringsbesluit. Uit het persbericht van de ministerraad van 19 oktober 2018 blijkt dat de notaris in dat geval zal instaan voor de inschrijving in het CRH. Ook hier zou een termijn van 15 dagen gelden.