De Wet van 15 april 2018 die het ondernemingsrecht hervormde, kwalificeert de maatschap vanaf 1 november 2018 als een ‘onderneming’. Een rechtstreeks gevolg hiervan is dat elke maatschap zich verplicht in de Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO) moet inschrijven. Bestaande maatschappen kregen hiervoor tijd tot 30 april 2019. Maatschappen die nieuw werden opgericht vanaf 1 november 2018 moeten hun KBO-inschrijving binnen de maand voltrekken.
Wij stellen vast dat ondertussen heel wat maatschappen een brief van de btw-administratie ontvingen, en dit ten gevolge van de inschrijving in de KBO en de verkrijging van een ondernemingsnummer. Van de btw-administratie krijgen deze maatschappen de mogelijkheid om binnen één maand de activatie van hun ondernemingsnummer te vragen, dan wel mee te delen waarom dit niet voor de btw geactiveerd moet worden. Deze verplichting geldt op straffe van boetes en belastingverhogingen.
Daarom: is mijn maatschap (plots) btw-plichtig?
In het Wetboek BTW (WBTW) wordt een (btw-)belastingplichtige als volgt gedefinieerd: “Eenieder die in de uitoefening van een economische activiteit geregeld en zelfstandig, met of zonder winstoogmerk, hoofdzakelijk of aanvullend, leveringen van goederen of diensten verricht die in dit Wetboek zijn omschreven, ongeacht op welke plaats de economische activiteit wordt uitgeoefend.”
Essentieel is aldus dat: 1) er een economische activiteit wordt uitgeoefend; 2) op een geregelde wijze; 3) en zelfstandig; 4) dewelke de levering van goederen of het verrichten van diensten (zoals in het WBTW omschreven) tot voorwerp heeft. Irrelevant is of de activiteit met winstoogmerk wordt uitgeoefend en of zij hoofdzakelijk of aanvullend van aard is.
Maatschappen gebruikt in het kader van successie- en familiale planning moeten echter worden onderscheiden van de doorsnee vennootschap. Ze fungeren als controlevehikel voor het ingebrachte familiale vermogen. Vaak kunnen hun activiteiten worden teruggebracht tot het beheren en beleggen van het ingebrachte roerend vermogen, waardoor zij interesten en dividenden, alsook meer- en minderwaarden zullen realiseren. Sommige maatschappen bezitten aandelen van een operationele vennootschap, die onder meer dividenden uitkeert of eventueel een kapitaalvermindering doorvoert. In elk geval onthouden deze maatschappen zelf zich van enige handelsactiviteit.
Wij besluiten dat er in dergelijk geval geen sprake is van enige dienstverrichting. Er zijn bovendien geen afnemers. Ook het houden van aandelen en bijgevolg fungeren als een holdingvennootschap geeft per definitie geen aanleiding tot de uitoefening van een economische activiteit. Enkel moedervennootschappen die een bepaalde vorm van ‘inmenging in het beheer’ ten aanzien van hun dochters vertonen (zoals verhuur van een gebouw of management prestaties) leiden tot een (gedeeltelijke) belastingplicht.
Hoe moet ik antwoorden?
In haar schrijven laat de btw-administratie de maatschap de mogelijkheid om binnen één maand de activatie van hun ondernemingsnummer te vragen, dan wel mee te delen waarom dit niet voor de btw geactiveerd moet worden, en dit op straffe van boetes en belastingverhogingen.
Het is daarom van belang om de btw-administratie binnen een termijn van één maand te melden dat de maatschap geen activatie van haar ondernemingsnummer behoeft, omdat ze geen economische activiteit uitoefent en aldus niet als btw-belastingplichtige kwalificeert.