Wat is een mobiliteitsvergoeding?
Een werknemer met een bedrijfswagen die hij ook voor privéverplaatsingen mag gebruiken, kan die inleveren en in ruil daarvoor van zijn werkgever een mobiliteitsvergoeding krijgen. De regeling wil werknemers (en werkgevers) ertoe aanzetten minder gebruik te maken van de wagen in het verkeer.
Is de werkgever verplicht de mobiliteitsvergoeding toe te kennen? Kan de werknemer verplicht worden zijn bedrijfswagen in te leveren?
Neen, de regeling houdt noch voor de werkgever, noch voor de werknemer, een verplichting in.
De werknemer moet de mobiliteitsvergoeding schriftelijk aanvragen bij zijn werkgever. De werkgever brengt de werknemer schriftelijk op de hoogte van zijn beslissing. De formele aanvraag van de werknemer en de positieve beslissing van de werkgever erop in te gaan, vormen een overeenkomst die als zodanig inhoudelijk deel uitmaakt van de arbeidsovereenkomst tussen beide partijen.
Welke werkgevers kunnen een mobiliteitsvergoeding toekennen?
De mobiliteitsvergoeding kan enkel toegekend worden door werkgevers die al gedurende minstens 36 maanden bedrijfswagens ter beschikking stellen.
Welke werknemers kunnen de toekenning van een mobiliteitsvergoeding vragen?
De mobiliteitsvergoeding kan enkel worden toegekend aan werknemers die op het tijdstip van de aanvraag al 3 maanden ononderbroken een bedrijfswagen hebben en die bovendien in de 36 maanden voorafgaand aan de aanvraag gedurende minstens 12 maanden een bedrijfswagen hadden.
Hoeveel bedraagt de mobiliteitsvergoeding?
De mobiliteitsvergoeding bestaat uit een bedrag in geld dat overeenstemt met de waarde op jaarbasis van het gebruiksvoordeel van de ingeleverde bedrijfswagen, maar wordt maandelijks uitbetaald.
De waarde van het gebruiksvoordeel van de bedrijfswagen wordt vastgesteld op 20 % van 6/7 van de cataloguswaarde van de ingeruilde bedrijfswagen.
Wanneer de werknemer niet alleen over een bedrijfswagen beschikt, maar ook over een tankkaart, is de mobiliteitsvergoeding hoger: 24 % van 6/7 van de cataloguswaarde van de ingeruilde bedrijfswagen.
Wanneer de werknemer voor de ingeleverde bedrijfswagen een eigen bijdrage betaalt, zal de mobiliteitsvergoeding lager zijn. De eigen bijdrage, betaald gedurende de laatste maand voor de inlevering van de bedrijfswagen en omgezet naar jaarbasis, wordt dan in mindering gebracht van de waarde van het gebruiksvoordeel van de bedrijfswagen.
Zijn er socialezekerheidsbijdragen verschuldigd op de mobiliteitsvergoeding?
Neen, er zijn geen gewone socialezekerheidsbijdragen verschuldigd op de mobiliteitsvergoeding.
Op de mobiliteitsvergoeding is de werkgever wel een solidariteitsbijdrage verschuldigd. Het bedrag van deze bijdrage is gelijk aan de solidariteitsbijdrage verschuldigd voor de bedrijfswagen voor de maand onmiddellijk voorafgaand aan de maand waarin de bedrijfswagen vervangen werd door de mobiliteitsvergoeding (zie Sociaal Compendium Socialezekerheidsrecht 2017-2018, nr. 1224). De solidariteitsbijdrage is verschuldigd voor de volledige periode waarin de mobiliteitsvergoeding wordt toegekend.
Wordt de mobiliteitsvergoeding belast?
Ja, maar de mobiliteitsvergoeding geniet een bijzondere fiscale regeling, zowel bij de werknemer, als bij de werkgever.
Voor de werknemer vormt de mobiliteitsvergoeding een belastbaar voordeel. Het jaarlijks belastbaar voordeel wordt echter beperkt tot 4 % van 6/7 van de cataloguswaarde van de ingeruilde bedrijfswagen, met een minimum van 1.310 euro (geïndexeerd bedrag aanslagjaar 2019).
Vanaf wanneer kan de mobiliteitsvergoeding toegekend worden?
De mobiliteitsvergoeding kan onmiddellijk toegekend worden.
De wet die de mobiliteitsvergoeding regelt, werd gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 7 mei 2018. De wet treedt met terugwerkende kracht in werking op 1 januari 2018.
BRON: Wet van 30 maart 2018 betreffende de invoering van een mobiliteitsvergoeding (BS 7 mei 2018)