In haar arrest van 20 mei 2019 bevestigt het Hof van Cassatie dat een premie, betaald door een derde aan werknemers die niet bij hem in dienst zijn, als loon ten laste van de werkgever moet worden beschouwd in de zin van de wet van 12 april 1965, voor zover deze premie een tegenprestatie voor de arbeid in dienst van diens werkgever vormt. Het Hof bevestigt hiermee een arrest van het Arbeidshof Brussel van 7 maart 2018. Welke gevolgen brengen deze arresten met zich mee voor u als werkgever?
Samenvatting van het onderliggende arrest van het Arbeidshof Brussel van 7 maart 2018
Het Arbeidshof Brussel sprak zich uit over de vraag of een verkooppremie, betaald door een derde aan de werknemers van de werkgever als loon “ten laste van de werkgever” dient te worden beschouwd en bijgevolg onderhevig is aan de heffing van sociale zekerheidsbijdragen.
In casu betaalde Sisley, een Franse vennootschap, verkooppremies aan de werknemers van de parfumeries die belast zijn met de verkoop van haar producten, in functie van de door hen gerealiseerde verkoop.
De Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ) meende dat deze premies als loon moeten worden beschouwd, gelet op het feit dat de verkoop van Sisley-producten kadert binnen de uitoefening van de arbeidsovereenkomst met de werkgever (bijvoorbeeld Planet Parfum).
Het Arbeidshof oordeelt dat de verkooppremies inderdaad onder het loonbegrip vallen (en bijgevolg onderworpen zijn aan sociale zekerheidsbijdragen) en motiveert haar arrest als volgt:
- De premies, betaald door Sisley, vormen de tegenprestatie voor de geleverde arbeidsprestaties in het kader van de arbeidsovereenkomst bestaande tussen de werkgever en de begunstigde werknemers;
- Noch het feit dat de begunstigde werknemers geen recht kunnen laten gelden tegenover de werkgever, noch dat de werkgever er zich niet toe verbonden heeft dat de premies zouden worden betaald, doen geen afbreuk aan de kwalificatie van de premie als “loon”;
- Het is niet van belang om na te gaan of hetgeen effectief is toegekend als tegenprestatie voor geleverde arbeidsprestaties al dan niet ten laste van de werkgever valt.
Wat zijn de gevolgen voor u als werkgever?
Premies die aan uw werknemers worden toegekend door een derde onderneming voor prestaties verricht in het kader van de uitvoering van hun arbeidsovereenkomst, worden beschouwd als loon ten laste van u als werkgever en zijn bijgevolg onderhevig aan sociale zekerheidsbijdragen. Deze sociale zekerheidsbijdragen zijn verschuldigd door de derde-betaler.
Welke impact hebben deze arresten?
De Rijksdienst voor Sociale Zekerheid heeft zijn administratieve instructies (versie 2019/2) afgestemd op de uitspraak van het Arbeidshof Brussel dat intussen is bevestigd door het Hof van Cassatie, door het begrip “ten laste van de werkgever” als volgt uit te breiden: “(…) situaties waarbij de toekenning het gevolg is van de prestaties geleverd in het kader van de arbeidsovereenkomst die met die werkgever werd afgesloten of verband houdt met de functie die de werknemer bij die werkgever uitoefent”.